Warmtenetten kunnen in de toekomst een grote rol spelen in de verwarmingsvoorziening van Brussel.

Zeker nu we geleidelijk afscheid nemen van fossiele brandstoffen zoals aardgas, zijn warmtenetten één van de oplossingen om duurzamer te verwarmen.

Warmtenetten integreren in onze energievoorziening biedt twee voordelen: een kleinere koolstofvoetafdruk en een grotere energieveiligheid op lange termijn.

Duurzaam en efficiënt

Het principe is vrij eenvoudig: warmte wordt centraal opgewekt, idealiter met hernieuwbare energie of met restwarmte uit industriële processen zoals afvalverbranding. Die warmte wordt in de vorm van warm water via een netwerk van goed geïsoleerde buizen naar de gebouwen gestuurd. Zo zorgen warmtenetten voor verwarming én voor sanitair warm water.

Warmtenetten kunnen verschillende energiebronnen gebruiken, zoals primaire, duurzame of niet-duurzame energiebronnen. Die flexibiliteit maakt het mogelijk om mee te bewegen met de energiemarkt. Naargelang van de gebruikte technologie kan de omzetting van primaire energie naar bruikbare warmte bovendien efficiënter verlopen dan bij aardgas.

De aanleg van een warmtenet vergt evenwel ingrijpende infrastructuurwerken. Niet elke straat of baan is geschikt, omdat er ondergronds niet altijd voldoende ruimte is.

Wanneer loont een warmtenet?

Omdat warmtenetten grote investeringen vragen, zijn ze vooral interessant op plekken met een grote warmtevraag zoals ziekenhuizen en zwembaden of in dichtbevolkte stadscentra met appartementsgebouwen.

Als collectieve infrastructuur kunnen ze schaalvoordelen opleveren. Dat helpt om de energietransitie betaalbaarder te maken, zeker voor kwetsbare huishoudens.

Bovendien maakt een warmtenet het mogelijk om restwarmte te gebruiken die anders verloren zou gaan. Ook andere hernieuwbare energiebronnen zoals geothermie, riothermie, alternatieve gassen of groene stroom kunnen warmte leveren – afhankelijk van wat lokaal mogelijk en zinvol is.

Warmte ‘as a service’

Wat als je morgen voor een warmtenet kiest? Dan wordt een warmtewisselaar geplaatst tussen het verwarmingscircuit van je woning en het warmtenet. Die installatie neemt niet veel plaats in.

De warmte wordt dus centraal geproduceerd in plaats van individueel. Je koopt de energie 'as a service'. De voordelen? Je kunt koolstofarme energie krijgen tegen een betaalbare en stabiele prijs, en je bent niet verantwoordelijk voor het onderhoud of de goede werking van de installatie.

Let wel: aansluiten op een warmtenet is een engagement op lange termijn. Het is belangrijk dat het netwerk beheerd wordt door een betrouwbare partner die alles goed regelt – van de werking tot de prijs.

Hoge of lage temperatuur

Er bestaan twee belangrijke soorten warmtenetten.

  • De hogetemperatuurnetten (meer dan 90°C): ze vereisen sterk geïsoleerde leidingen. Die zijn breder en dus duurder. Ze zijn echter geschikt voor oudere, minder goed geïsoleerde gebouwen. 
  • De lagetemperatuurnetten (vanaf 20-30°C) ook wel 'vijfde generatie' genoemd: ze vergen geen sterk geïsoleerde leidingen en zijn dus goedkoper te installeren. Lagetemperatuurnetten kunnen ook worden gebruikt voor lokale koeling en uitwisselingen tussen verschillende gebouwen. Ze werken uitsluitend bij goed geïsoleerde gebouwen.

Welke plaats in de energiemix van morgen?

Vandaag is het nog niet makkelijk om warmtenetten te financieren. De installatiekost is hoog en het is lastig om ver vooruit te blikken op de energiemarkt. Daarom zijn steunmaatregelen, zoals de Renolution-premies of Europese subsidies, broodnodig. Als we willen dat warmtenetten op termijn echt hun plek krijgen in het Brusselse energiesysteem, moeten we dat pad blijven volgen.

Welk potentieel in Brussel?

Warmtenetten kunnen een grote rol spelen in hoe we in de toekomst gaan verwarmen in Brussel. Hoe groot die rol precies wordt, hangt af van hoe het energielandschap eruitziet tegen 2050.

Als een warmtenet in bepaalde wijken de meest logische keuze blijkt, kan het zelfs verplicht worden. Dat zal afhangen van zaken zoals hoe goed de gebouwen geïsoleerd zijn, hoe vlot de ondergrond bereikbaar is en of er in de buurt restwarmte beschikbaar is.

Er bestaan warmtenetten op hoge temperatuur, die brede leidingen nodig hebben (tot 550 mm). Die zijn moeilijker te leggen in dichtbebouwde wijken door plaatsgebrek in de ondergrond. In nieuwe, goed geïsoleerde wijken kan een lagetemperatuurnet door hun minder brede leidingen dan weer een slimme en goedkopere oplossing zijn, zeker als er ook vraag is naar koeling.

Om tegen 2050 koolstofneutraal te worden, kunnen warmtenetten dus echt het verschil maken. Leefmilieu Brussel werkt al met een kaart van de ondergrond voor geothermie. Wijk per wijk verder onderzoeken waar warmtenetten haalbaar zijn — bijvoorbeeld op basis van bevolkingsdichtheid en wat er al in de ondergrond zit — zou de uitrol nog makkelijker maken.

Sibelga: mee aan het roer van de energietransitie

In Brussel beheert Sibelga zo’n 6500 km elektriciteitsnet en bijna 3000 km gasleidingen. We hebben dus heel wat ervaring met het aanleggen, beheren en onderhouden van netten in de openbare ruimte. Daartoe beschikken we over goed opgeleide teams, technische tools, meetapparatuur en slimme IT-oplossingen.

Die expertise zetten we nu ook in voor warmtenetten. Zo werkten we samen met de VUB aan een studie gesubsidieerd door Innoviris over hun potentieel in Brussel. En samen met Brugel en Leefmilieu Brussel bouwen we via de Energy Task Force aan een gezamenlijke visie op de verwarming van morgen.

Dankzij onze terreinkennis en onze ervaring in het coördineren van werven met andere aannemers, kunnen we ook voor die netten doordachte keuzes maken: waar leg je een warmtenet het best, en hoe zorg je dat het goed blijft werken?

Het beheren van netten is onze kernactiviteit. De uitbouw van warmtenetten in Brussel past dus perfect bij wat we elke dag doen. Als openbare speler willen we er mee voor zorgen dat álle Brusselaars in de toekomst toegang hebben tot betrouwbare, duurzame én betaalbare warmte.